Falu gruva

In Falun ligt Falu Gruva, de kopermijn waar ook de bekende rode verf, Falu Rödfärg, vandaan komt. De geschiedenis van de mijn begint 1000 jaar geleden toen Falun en ook Zweden nog niet bestonden.

De bok Kåre in Falun

Volgens de legende ontdekte een boer dat de hoorns van zijn bok, Kåre, een vreemde rode kleur hadden. Hij wist niet waar die kleur vandaan kwam, dus de volgende dag besloot hij Kåre te volgen. In het bos ontdekte de boer dat de bok met zijn hoorns over de grond schraapte. Waar de bok dat deed was de aarde rood. De boer begon te graven en ontdekte een rijke ertsader. Zo ontstond de mijn die nu bij Falun ligt.

Uit onderzoek is gebleken dat mijnbouw bij Falun begon tussen 850 en 1050, ten tijde van vikingen. De groeve heette toen Kopparberget, De Koperberg. in de 17de eeuw kreeg de mijn de naam Stora Kopparberget, De Grote Koperberg, om verwarring met andere mijnen te voorkomen. Het was de grootste kopermijn ter wereld, 2/3 van al het koper ter wereld kwam uit Falun.

Falukorv
In de mijn werden touwen gemaakt van ossenhuid gebruikt. De ossen kwamen van nabijgelegen boerderijen. Van het ossenvlees, werden worsten gemaakt. Dit zijn de bekende rode worsten, falukorv.

In de 16de eeuw was het ongebruikelijk om je huis te schilderen. Toen men ontdekte dat van het restproduct van de mijn, koperarm erts, een rood pigment gemaakt kon worden mengde men dit met teer om er verf van te maken. Verf was duur en alleen diegenen die het konden betalen lieten hun huis rood schilderen. Een rood geverfd huis was toen een teken van rijkdom en status. In steden werden de huizen rood geschilderd als de koning op bezoek kwam.
Het duurde echter nog tot 1763 voordat men in Falun fabrieksmatig verf begon te produceren. De prijzen daalden en het schilderen van een huis werd voor meer mensen betaalbaar. Hiermee daalde ook het schilderen van je huis met de rode verf als statussymbool. Vanaf dat moment werden de duurdere gebouwen geschilderd met de veel duurdere lichtgekleurde olieverf. Hierdoor werd het verschil in status weer duidelijk. Dit zie je nog steeds terug in Zweden. Oude grote huizen en boerderijen zijn vaak geel of wit van kleur.

Tegenwoordig is de mijn een museum. Er is een tentoonstelling over de mijnbouw en al wandelend over het terrein zie je oude gebouwen en leer je veel over de geschiedenis. Met een gids daal je af tot 67 meter onder de oppervlakte en kun je een kijkje onder de grond nemen. Je loopt door mijngangen, langs diepe schachten en door grote zalen, zo krijg je een beeld van de indrukwekkende binnenkant van de mijn.

Helmen en jassen hangen klaar voor de rondleiding.

Het meest opvallende aan de mijn is het grote gat dat ontstaan is toen deze in juni 1687 instortte. Door de jaren heen was de mijn gegroeid en het aantal schachten en gangen toegenomen. Gebrekkige planning, hebzucht en de drang om veel erts te winnen zorgden voor de instorting. Bij de instorting is wonder boven wonder niemand gewond geraakt of overleden, het was midsommar en alle mijnwerkers waren die dag vrij. Het gat dat overbleef is 95 meter diep en heeft een omtrek van 1,5 kilometer.

Over de mijn doen veel verhalen de ronde. Een daarvan is het verhaal van Fet-Mats Isrealsson. Fet-Mats had zich pas verloofd met Margareta Olsdotter, toen hij op een avond in het jaar 1677 alleen de mijn in ging. De gang waarin Mats liep stortte in en hij werd bedolven onder rotsen. De dag erna werd Mats vermist maar omdat niemand wist dat hij de mijn in gegaan was, zocht niemand hem daar. In 1719 vonden mijnwerkers een lichaam in het water in de mijn. Het vitriool houdende water in de mijn had het lichaam zo goed geconserveerd dat hij eruit zag alsof hij pas overleden was. Na al die jaren herkende niemand hem meer. Totdat Margareta kwam kijken, zij herkende hem als haar Mats waarmee zij zich 42 jaar geleden verloofde. Het verhaal van Mats was groot nieuws. Het lichaam van Mats werd tentoongesteld en van heinde en verre kwamen er mensen op af om dit fenomeen te bekijken. Fet-Mats ligt nu begraven op het kerkhof van Falun. 

De mijn werd in 1992 uit bedrijf genomen. Met het koperarme erts dat nog rond de groeve ligt kan men nu nog ongeveer 50 jaar lang verf maken. In 2001 is de mijn opgenomen op de Werelderfgoedlijst van UNESCO.

Meer over de mijn en het museum kun je lezen op de website van Falu Gruva.

2 REACTIES

2 Reacties
Inline Feedbacks
View all comments
Meta
Meta
3 jaren geleden

Dat van de falukorv is weer nieuw voor mij. Had die link nog niet zelf gelegd😃
Leuk informatie stukje over de traditionele rode verf in Zweden. 💖

Wilfred Smit
Wilfred Smit
3 jaren geleden

Leuke achtergrond informatie!

Abonneer je op de nieuwsbrief

Abonneer je op de nieuwsbrief en mis niets. De nieuwsbrief verschijnt één keer per week met het laatste nieuws.

Meest gelezen