Fettisdagen

Op onze Zweedse kalender staat dat het dinsdag fettisdagen is. Fettisdagen betekent vette dinsdag en is de laatste dag voor de vastenperiode die duurt tot Pasen. De vastenperiode wordt voorafgegaan door drie dagen die aangeduid worden als fastlagen. Fastlagen komt van het Nederduitse vastelavent (in het Zweeds fasteafton), wat dan weer in het Nederlands terug te vinden is als vastenavond. In Limburg wordt de variant vastelaovend gebruikt. In Zweden hebben de drie dagen een naam. De zondag heet fastlagssöndagen of köttsöndagen (vleeszondag). De maandag heet blåmåndagen naar het Duitse blauer Montag (blauwe maandag) en de dinsdag heet fettisdagen (fet tisdagen, vette dinsdag).
Fettisdagen is de laatste dag voordat de vastenperiode begint. De vastenperiode begint op askonsdag, aswoensdag, en duurt 46 dagen. Mocht je denken dat de vastenperiode 40 dagen duurt dan is dat ook goed. Volgens de traditie hoefde er op zondagen niet gevast te worden en bleven er dus 40 dagen over.
Op fettisagen worden in Zweden semlor (meervoud) gegeten. Het woord semla (enkelvoud) komt uit van het Latijnse woord simila wat bloem (gezeefd meel, in het Zweeds vetemjöl) betekent. Er wordt ook gezegd dat het woord komt van oude woord semlja wat bol betekent en het Latijnse woord semi wat half betekent. Zo verwijst de naam semla niet alleen naar de bloem waarvan het broodje gemaakt is maar ook naar de vorm.Van oorsprong werd het woord semla ook gebruikt voor een wit broodje van bloem zonder vulling. In de 16de eeuw begon men het broodje uit te hollen en te vullen met room en boter. In de 19de eeuw begon men de semla te vullen met amandelspijs en room en werd het de semla die we nu kennen.

Een bijzondere manier van serveren is de hetväggHetvägg komt van het Duitse heisse Wecke wat hete wig betekent. Dit broodje had de vorm van een wig of kruis en werd gegeten met hete melk. De manier van serveren met hete melk werd in de 18de eeuw ook gebruikt voor semlor, vandaar de naam hetvägg.

Gedurende het jaar worden er in Zweden 50 miljoen semlor gegeten, waarvan 6 miljoen op fettisdagen.

Sommige semlor hebben daarom tegenwoordig nog een wigvorming deksel in plaats van rond.
Semlor worden in Zweden al lang niet meer alleen op fettisdagen gegeten. Rond fettisdagen bereikt de verkoop wel zijn hoogtepunt.
In Noorwegen en Denemarken heet een semla een fastelavnsbolle en worden ze gevuld met room en jam.

Wil je zelf een keer semlor maken? Het recept vind je hier.

- Advertentie -spot_img